Naar inhoud

Wij zijn geopend van 30 april tot en met 12 mei 2024 van 11.00 tot 17.00 uur.

Gesloten op maandag 6 mei 2024.

Info & reservaties: toerisme@freyr.be

VAN VERDEDIGINGSWERK TOT BUITENHUIS

De Maasvallei ontsnapt in eerste instantie aan de Frans-Spaanse oorlog, maar wordt in 1554 bezet door de Franse troepen. De versterkingen langs de Maas worden niet gespaard door het geschut van de hertog van Nevers en worden grotendeels verwoest. Maar Freÿr herrijst uit zijn as dankzij Guillaume de Beaufort-Spontin, die in 1571 op dezelfde plek een klein kasteel bouwt. Het bouwwerk wordt door Hubert de Spontin uitgebreid tot een vierhoek met torens die niet robuust genoeg zijn om te kunnen verdedigen, maar daar is het gebouw dan ook niet meer voor bedoeld. Vanaf 1637 doet Freÿr dienst als buitenhuis in renaissancestijl. En dat is het nog steeds.

OORLOG, VREDE EN KOFFIE

In de 17e eeuw zijn de gebieden die samen het huidige België vormen het slagveld van Europa. Frankrijk, Spanje, Oostenrijk, Engeland en de Verenigde Provinciën voeren strijd met elkaar, met name tijdens de ‘Hollandse Oorlog'. In deze periode en de decennia daarna wint de familie Spontin aan rijkdom en macht. Ze nemen de naam Beaufort-Spontin aan.

In 1675 tekenen de Fransen en de Spanjaarden in het kasteel het ‘Verdrag van Freÿr’ en komt de handel over de Maas weer op gang. Zo kunnen beide partijen opnieuw hun troepen bevoorraden. Dit verdrag wordt ook wel het ‘Koffieverdrag’ genoemd, omdat het de eerste keer zou zijn dat er in Wallonië koffie werd gedronken.

 

VERBLIJF VAN DE HERTOG

Na de ommekeer van de bondgenootschappen in 1758 maakt het land een periode van vrede en voorspoed door. Onder leiding van Frédéric-Auguste de Beaufort-Spontin, die door keizer Jozef II tot hertog wordt benoemd, wordt het kasteel verbouwd, opdat het beter bij zijn stand zou passen. Dit is de glorietijd van Freÿr.

DE CONFLICTEN NA 1789

Na de Franse Revolutie volgen onrustige jaren: Freÿr maakt opeens deel uit van het departement Sambre-et-Meuse en dus van Frankrijk. Daarna volgen de Napoleontische oorlogen en de tragische en theatrale slag bij Waterloo, waarna de troepen zich terugtrekken. Freÿr heeft te lijden van de voorbijtrekkende soldaten van maarschalk de Grouchy, die op de hielen worden gezeten door de Russen en de Pruisen “die wijn drinken, eten en ons mishandelen”, aldus de klagende huisbewaarder van het kasteel.

DE TWEE WERELDOORLOGEN

Daarna kent Freÿr een eeuw lang vrede. In 1914 zijn de Franse troepen, die een eeuw eerder aanvielen, opnieuw van de partij, maar dit keer als verdedigende partij. Dat betekent dat het kasteel, waar Franse soldaten zijn gelegerd, onder vuur wordt genomen door Duits geschut. Doordat het kasteel door de Duitsers in gebruik wordt genomen als militair hospitaal, ontsnapt het aan de verwoesting die Dinant ten deel valt.

NA DE OORLOG

Onder leiding van Francis Bonaert, echtgenoot van Gilda de Laubespin, wordt Freÿr in verschillende fases gerestaureerd. Hoewel tal van gebouwen verwaarloosd worden en zelfs door hun eigenaren verlaten worden omdat het te duur is om ze te redden en ze niet het comfort kunnen bieden dat de 20e eeuw vereist, wordt het domein (zowel het kasteel als de tuinen) al die tijd onderhouden en beheerd. Eind jaren '40 wordt het domein opengesteld voor het publiek.